Het eerste halfjaar van 2022 kenmerkte zich door het aflopen van verschillende strikte maatregelen ten gevolge van de Covid-19 pandemie. Deze maatregelen hebben in de voorgaande jaren een grote impact gehad op de leden en aangeslotenen van BumaStemra.
In het eerste halfjaar van 2022 zijn de effecten van deze versoepelingen zichtbaar. De gerealiseerde rechtenopbrengsten zijn € 52,6 miljoen hoger dan het eerste halfjaar van 2021. Hiernaast is de verwachting dat de rechtenopbrengsten voor 2022 hoger zullen uitkomen dan begroot. In de begroting is nog gerekend met de verwachting dat de rechtenopbrengsten over evenementen en festivals in 2022 rond 70% zullen bedragen van het niveau voor de Covid-19 pandemie, wat naar verwachting zal worden overtroffen. Ook de begrote repartitie van € 223,1 miljoen wordt naar verwachting gerealiseerd. De begrote repartitie in 2022 is € 26,9 miljoen hoger dan de realisatie in 2021. Voor een verdere toelichting op de begroting van 2022 verwijzen wij naar Begroting 2022.
In dit halfjaarbericht geven wij verdere toelichting op de actuele ontwikkelingen in 2022 en de verwachtingen naar de komende periode.
Rechtenopbrengsten
De gerealiseerde incasso in het eerste halfjaar 2022 bedraagt € 144 miljoen. Dit is € 12 miljoen hoger dan begroot. Nagekomen incasso eindafrekeningen over voorgaande jaren zorgen voor een positief verschil van € 6 miljoen ten opzichte van de begroting. Dit geldt met name voor RTV en de internationale markt.
Daarnaast zijn er positieve marktontwikkelingen zichtbaar (+€ 7 miljoen). De toename van Vinyl is hoger dan verwacht, audiovisuele commercials zorgen voor een bovengemiddelde incasso en afgeronde contractonderhandelingen resulteren in extra online groei. Tevens groeit de Video on Demand markt harder dan verwacht.
De maatschappij is terug naar live. Intussen is het festivalseizoen van start gegaan en kan er gelukkig weer live worden opgetreden. Vooralsnog lijkt het publiek huiverig, maar hopelijk verandert deze houding snel. In theaters en bioscopen zijn nog lagere bezoekersaantallen zichtbaar en ook de incasso realisatie van werkruimten is nog lager dan verwacht. De negatieve effecten van Covid-19, met name zichtbaar aan het begin van het jaar door de lockdown, zijn hierdoor grotendeels ingelopen. Voor enkele marktsegmenten is de incasso realisatie lager dan verwacht (- € 1 miljoen).
De positieve effecten van de eindafrekeningen en de verbeterde marktomstandigheden zullen naar verwachting leiden tot een hogere incasso realisatie in 2022 dan begroot.
De totale incasso realisatie zal naar verwachting in 2022 uitkomen tussen de € 235 en € 243 miljoen, afhankelijk van de verdere marktgroei. Dit zou 15% tot 19% hoger zijn dan de realisatie in 2021.
Repartitie
De repartitie in het eerste halfjaar 2022 was € 11,7 miljoen hoger dan begroot. De voornaamste reden betreft de hogere repartitie van oude gelden als gevolg van herijkt repartitiebeleid en de continue inzet van BumaStemra om een zo groot mogelijk deel van de geïncasseerde auteursrechtgelden bij het eerste mogelijke repartitiemoment uit te betalen aan haar rechthebbenden.
Voor de tweede helft van het jaar blijven de verwachtingen positief. Mede door de extra ingeplande distributies voor onverdeelbare gelden en de extra ingeplande distributie van de – in mei 2022 door de ALV goedgekeurde vrijval van de – voorziening Stemra, wordt verwacht dat de jaarbegroting ruimschoots gerealiseerd gaat worden.
Beheerskosten en beleggingsresultaat
De realisatie van beheerskosten in het eerste halfjaar van 2022 is € 2,9 miljoen lager dan begroot. Dit wordt deels verklaard door achterblijvende realisatie van kosten voor strategische initiatieven. De verwachting is dat de realisatie van deze kosten in het tweede halfjaar van 2022 zal worden ingelopen. Een andere oorzaak is de lagere interne bezetting. In de huidige arbeidsmarkt blijkt het moeilijk om openstaande vacatures in te vullen. Over het eerste halfjaar van 2022 waren gemiddeld 17,9 FTE minder werkzaam dan begroot.
De verwachting is dat de onderschrijding van de personeelskosten in het tweede halfjaar van 2022 niet zal worden ingelopen. Dit is de belangrijkste reden dat de beheerskosten in 2022 naar verwachting € 1,1 miljoen lager dan begroot zullen zijn, wat neerkomt op € 32,0 miljoen.
Het beleggingsresultaat over het eerste halfjaar van 2022 bedraagt € 24,3 miljoen negatief, ruim onder het begrote normatief rendement. Negatieve beleggingsresultaten worden conform het – door de ALV goedgekeurde – beleid opgevangen in de voorziening tijdelijke verschillen kostendekking.
Interne zaken
In het kader van het programma To the beat of the drum wordt de dienstverlening van BumaStemra verbeterd, waarbij een viertal uitgangspunten/doelstellingen bepalend zijn:
– Vanwege de veranderende trends in de samenleving moet de dienstverlening voor nu en in de toekomst ‘fit’ zijn;
– De collectiviteit wordt bevorderd;
– De operatie en de organisatie wordt versterkt;
– BumaStemra zet in op groei: veel componisten zijn nog niet aangesloten en de buitenlandse markt is aan verandering onderhevig.
BumaStemra wil dat de componisten, tekstschrijvers, uitgevers en muziekgebruikers graag zaken doen met de organisatie, niet omdat het moet, maar omdat de dienstverlening goed is.
Het project Pyramid (vervanging complete IT-backbone door een grotendeels op maat gemaakte nieuwe omgeving) is een van de projecten die zijn gestart om deze doelstellingen te realiseren. Het betreft een zeer omvangrijk, maar noodzakelijk project dat in samenwerking met een Londens softwarehouse tot stand wordt gebracht. Ook hier heeft Covid-19 door reisbeperkingen en de onmogelijkheid tot face-to-face gesprekken in grote groepen (cruciaal binnen grote projecten) vertragend gewerkt. In plaats van begin 2023 is de streefeinddatum van het project nu eind 2023. Naast Covid-19 zorgden ook een grotere complexiteit dan vooraf ingeschat en aanvullende functionaliteiten voor uitloop. De uitloop en noodzakelijke versterking van de expertise in het projectteam zorgden voor een verhoging van de noodzakelijke investering met € 3,8 miljoen tot € 17,5 miljoen. We onderzoeken parallel aan de implementatie of de nieuwe software, die voor BumaStemra wordt ontwikkeld, mogelijkheden biedt voor samenwerking met andere gebruikers om zo de kosten voor verdere doorontwikkeling te kunnen delen.
Daarnaast werken we in 2022 aan een nieuwe Positionering; de organisatie an sich is in ontwikkeling. De wereld verandert en BumaStemra beweegt mee met deze veranderingen als het gaat om technologie, systemen, werkwijze en de mensen die het vorm geven. Een belangrijk ijkpunt daarbij is de vraag welk gedrag nodig is om een betrouwbare partner te zijn voor de leden. Dat werken we in de loop van dit jaar verder uit.
We voeren in 2022 een beperkte Herinrichting van de organisatie door, waarbij alle veranderingen gericht zijn op het verbeteren van de dienstverlening naar de leden. Het betreft een verbetering op onderdelen en niet een grote reorganisatie. Enerzijds is de doelstelling van de herinrichting om de aansluiting met de leden te verbeteren en anderzijds om de interne processen te optimaliseren.
Het vierde bedrijfsbrede project is Cultuur; omdat de wereld verandert, wordt aandacht geschonken aan cultuur binnen BumaStemra. Cultuur geeft de mensen handvatten om dienstverlening op topniveau te blijven leveren.
Vooruitzicht
We kijken positief naar de tweede helft van dit jaar gezien de positieve ontwikkelingen op het gebied van rechtenopbrengsten en repartitie. Met de realisatie van nieuwe strategische initiatieven in de komende periode hopen wij deze trend ook het volgende jaar door te zetten.
Hoofddorp, februari 2023
Bernard Kobes, CEO
Marleen Kloppers, CFO
* de halfjaarcijfers zijn niet gecontroleerd door een accountant
De mutaties van deze voorziening in 2022 betreffen een uitkering van € 9,3 mln en het positieve saldo kostendekking voor 2022: € 0,7 mln. De uitkering van € 9,3 mln betrof het verschil tussen de stand van de voorziening per 31 december 2021 (€ 14,3 mln) en de vastgestelde bovengrens van de voorziening (€ 5,0 mln). De AVA heeft op 25 mei 2022 ingestemd met het uitkeren van dit bedrag.
Het dekkingsoverschot wordt voornamelijk veroorzaakt doordat de ingehouden administratievergoedingen € 1,0 mln hoger waren dan begroot vanwege de hogere rechtenopbrengsten. De beheerskosten waren € 0,3 mln lager dan begroot, de overige en de financiële baten waren gezamenlijk € 0,4 mln hoger dan begroot. Doordat in de begroting voor 2022 was uitgegaan van een dekkingstekort van € 1,0 mln komt het totale dekkingsoverschot uit op € 0,7 mln.
De mutatie van deze voorziening in 2022 betreft het negatieve saldo kostendekking voor 2022: € 24,6 mln. Dit tekort wordt voornamelijk veroorzaakt door het negatieve beleggingsresultaat, wat € 29,0 mln lager was dan begroot. Hier staat tegenover dat door hogere rechtenopbrengsten de ingehouden administratievergoedingen € 3,6 mln hoger waren dan begroot. De beheerskosten waren € 1,5 mln lager dan begroot. Doordat in de begroting voor 2022 al was uitgegaan van een dekkingstekort van € 0,8 mln komt het totale dekkingstekort uit op € 24,6 mln.
Aangezien de rente op de liquide middelen in 2022 tot en met september negatief is geweest, zijn de financiële baten en lasten per saldo € 0,2 mln negatief.
Deze norm richt zich op de ontwikkeling van het beheerskostenniveau. De norm stelt dat de kosten niet meer mogen toenemen dan de consumentenprijsindex in het jaar waar het jaarverslag betrekking op heeft. De begrote kostenstijging in 2023 bedraagt 20,1%. De feitelijke CPI-stijging over 2023 is begin 2024 bekend.
De begrote kostenstijging in 2023 is berekend in relatie tot de werkelijke kosten 2022, welke lager uitvallen dan begroot. De hogere beheerkosten in 2023 worden veroorzaakt door verbeter- en veranderinitiatieven, inclusief de vervanging van het IT-systeem. Omdat door Covid-19 en krapte op de arbeidsmarkt de start beperkt is geweest, is ook de verwachte groei in kosten om dit mogelijk te maken beperkt gebleven in voorgaande jaren. In de begroting voor 2023 wordt een inhaalslag verwacht.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. In de begroting 2023 komt dit voor Buma/Stemra gezamenlijk uit op een kostenratio van 14,6%. Dit is ondanks de stijgende beheerskosten lager dan in de begroting voor 2022 (14,8%), wat wordt veroorzaakt door de hogere rechtenopbrengsten in 2023. De verwachting is dat de verdere professionalisering van de organisatie leidt tot hogere incassostromen vanaf 2024. Dit zal vervolgens ook tot effect hebben dat het kostenpercentage ten opzichte van de rechtenopbrengsten verder af zal nemen.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. In de begroting 2023 komt dit voor Buma/Stemra gezamenlijk uit op een kostenratio van 18,2%. Dit is hoger dan voorgaande jaren, wat wordt veroorzaakt door de hogere begrote beheerskosten in 2023 vanwege verdere professionalisering van de organisatie. De verwachting is dat dit leidt tot hogere incassostromen vanaf 2024. Dit zal vervolgens ook tot effect hebben dat de repartitie in de toekomst verder stijgt, waardoor het kostenpercentage ten opzichte van de repartitie naar verwachting vanaf 2025 zal afnemen. Buma/Stemra hanteert overigens de kostennorm t.o.v. de incasso en niet de kostennorm t.o.v. de repartitie omdat bij laatstgenoemde de mogelijkheid bestaat om te sturen.
De voorziening tijdelijke verschillen kostendekking bevat de eind 2020 aanwezige € 6,6 mln bestemmingsreserve plus het batig saldo kostendekking over 2021 van € 7,7 mln.
Dit saldo kostendekking bevat een eenmalige bate van € 7,1 mln als gevolg van het gewijzigde Repartitiereglement inzake inhouding van administratievergoedingen. Daarnaast zijn de beheerskosten lager dan begroot.
De voorziening tijdelijke verschillen kostendekking bevat de eind 2020 aanwezige € 33,8 mln bestemmingsreserve plus het batig saldo kostendekking over 2021 van € 10,7 mln.
Dit saldo kostendekking bevat € 4,1 mln verschil tussen het gerealiseerde beleggingsresultaat (€ 6,9 mln) en het normatief beleggingsresultaat waarmee de beheerskosten deels gedekt worden (€ 2,8 mln). Daarnaast is een eenmalige bate gerealiseerd van € 5,4 mln als gevolg van het gewijzigde Repartitiereglement inzake inhouding van administratievergoedingen, en zijn de beheerskosten lager dan begroot.
De norm richt zich op de ontwikkeling van het beheerskostenniveau. De norm stelt dat de kosten niet meer mogen toenemen dan de consumentenprijsindex in het jaar waar het jaarverslag betrekking op heeft.
De begrote kostenstijging in 2022 zal mogelijk hoger uitvallen dan de CPI-jaarmutatie. Dit wordt veroorzaakt door een inhaalslag van in voorgaande jaren uitgestelde verbeter- en veranderinitiatieven, inclusief de vervanging van het IT-systeem. De feitelijke CPI-mutatie 2022 is pas begin 2023 bekend.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. De gestelde norm is 15%.
In de begroting 2022 voldoet Buma/Stemra gezamenlijk met een kostenratio van 15,8% niet aan deze norm. Dit komt vooral door de Covid-19 impact op Buma’s voor distributie beschikbare gelden én de incidenteel hoge kosten voor de vervanging van het verouderde IT-systeem. Zodra deze effecten zich normaliseren en de resultaten van de implementatie van de strategie zichtbaar worden, zal deze kostenratio naar verwachting dalen. Stemra zal naar verwachting wel in 2022 aan deze norm voldoen.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. De gestelde norm is 15%.
In de begroting 2022 voldoet Buma/Stemra gezamenlijk met een kostenratio van 14,8% aan deze norm. Op basis van de voorlopige kostenverdeling zal Stemra naar verwachting uitkomen op een kostenratio van 15,9%.
Een daling wordt verwacht zodra de incidenteel hoge kosten voor de vervanging van het verouderde IT-systeem zich normaliseren en de resultaten van de implementatie van de strategie zichtbaar worden.
Het tekort uit gewone bedrijfsuitoefening over 2020 is onttrokken aan de bestemmingsreserve. De buitengewone last inzake de storting in het Noodfonds Muziek is onttrokken aan de continuïteitsreserve. Deze resultaatbestemming is verwerkt in de jaarrekening.
Het verschil tussen het gerealiseerde beleggingsresultaat (€ 8,7 mln) en het normatief beleggingsresultaat waarmee de beheerskosten deels gedekt worden (€ 2,0 miljoen), zijnde € 6,7 mln, is toegevoegd aan de bestemmingsreserve. Deze resultaatbestemming is verwerkt in de jaarrekening.
De norm richt zich op de ontwikkeling van het beheerskostenniveau. De norm stelt dat de kosten niet meer mogen toenemen dan de consumentenprijsindex in het jaar waar het jaarverslag betrekking op heeft.
De begrote kostenstijging in 2021 zal hoger uitvallen dan de CPI-jaarmutatie. Dit wordt veroorzaakt door een inhaalslag van in voorgaande jaren uitgestelde verbeter- en veranderinitiatieven, inclusief de vervanging van het IT-systeem. De feitelijke CPI-mutatie 2021 is pas begin 2022 bekend.
Over de reeks van meerdere jaren, sinds de invoering van de norm, blijft de ontwikkeling van de beheerskosten binnen de ontwikkeling in de CPI.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. De gestelde norm is 15%.
In de begroting 2021 wordt aan deze norm niet voldaan. Dit komt vooral door Buma’s dalende repartitie in 2021, volgend uit de lagere incasso. Stemra zal naar verwachting wel aan deze norm voldoen; daar stijgt de repartitie naar verwachting, vooral door de inhaalslag op oudere Thuiskopie gelden.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. De gestelde norm is 15%.
In de begroting 2021 wordt aan deze norm niet voldaan, met name door de terugval in incasso van rechtenopbrengsten als gevolg van de coronamaatregelen. Daarnaast stijgen de begrote beheerskosten, vooral in verband met de noodzakelijke vervanging van het verouderde IT-systeem. Zonder corona-impact zou het kostenpercentage onder de norm van 15,0% uitgekomen.
Hoofdkantoor
Saturnusstraat 46-62
2132 hb hoofddorp
T: 023 – 799 79 99
E: info@bumastemra.nl
bumastemra.nl
Hoofdredactie
vereniging buma
Realisatie
Merkelijkheid
De beheerskosten van Stemra zijn in 2022 met € 0,6 mln gestegen naar € 5,3 mln. Dit is € 0,3 mln onder de begroting voor 2022. De verdeelsleutel van 83/17 (BumaStemra) is ongewijzigd gebleven ten opzichte van voorgaande jaren. De beheerskosten van Stemra zijn met name gestegen doordat de doorbelaste personeelskosten van Buma stegen, om verdere uitvoering te geven aan de realisatie van de strategie. Onderdeel van deze uitvoering is een groei in (externe) FTE’s. Hiernaast was een stijging in de kosten te zien vanwege het programma ter vervanging van het IT-systeem (Pyramid) en vanwege hogere kosten voor outsourcing. De variabele kosten voor uitbesteding van de verwerking van online muziekgebruik stegen mee met de groei in dit marktsegment.
Stemra’s beheerskosten in 2022 bestaan uit personeelskosten (€ 2,4 mln), algemene kosten (€ 2,7 mln) en huisvestingskosten (€ 0,2 mln).
De beheerskosten van Buma zijn in 2022 met € 2,8 mln gestegen naar € 25,9 mln. Dit was € 1,5 mln onder de begroting voor 2022. De verdeelsleutel van 83/17 (BumaStemra) is ongewijzigd gebleven ten opzichte van voorgaande jaren. De aan Buma toegerekende personeelskosten stegen met € 1,5 mln, de overige algemene kosten stegen met € 1,4 mln. De huisvestingskosten waren vrijwel gelijk en de afschrijvingskosten daalden met bijna € 0,2 mln.
Buma’s beheerskosten in 2022 bestaan uit personeelskosten (€ 11,9 mln), algemene kosten (€ 11,8 mln), afschrijvingskosten (€ 1,5 mln) en huisvestingskosten (€ 0,7 mln).
Het overschot van de exploitatierekening over 2019 is toegevoegd aan de bestemmingsreserve. Deze resultaatbestemming is verwerkt in de jaarrekening.
Het verschil tussen het gerealiseerde beleggingsresultaat (€ 15,9 miljoen) en het normatief beleggingsresultaat waarmee de beheerskosten deels gedekt worden (€ 2,2 miljoen), zijnde € 13,7 miljoen, is toegevoegd aan de bestemmingsreserve. Deze resultaatbestemming is verwerkt in de jaarrekening.
In 2018 bedroegen de beleggingsresultaten € -7,4 miljoen. Ter dekking van operationele kosten is een normatief rendement van € 2,8 miljoen gehanteerd. Het verschil tussen deze verklaart de mutatie van bestemmingsreserve (€ -10,2 miljoen).
De norm richt zich op de ontwikkeling van het beheerskostenniveau. De norm stelt dat de kosten niet meer mogen toenemen dan de consumentenprijsindex in het jaar waar het jaarverslag betrekking op heeft.
Mogelijk valt de kostenstijging 2020 door verbeter- en veranderinitiatieven hoger uit dan de CPI-mutatie in dat jaar. Dit kan pas worden vastgesteld – en zonodig worden toegelicht – wanneer de feitelijke CPI-mutatie begin 2021 bekend is.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. De gestelde norm is 15%. In het budget voor 2020 wordt aan deze norm voldaan.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. De gestelde norm is 15%. In budget 2020 wordt aan deze norm voldaan.
De CPI-mutatie in 2022 was 10,0%. De kostenontwikkeling bij Stemra overstijgt dit percentage; in 2022 wordt daarom niet aan deze norm voldaan. Dit wordt verklaard doordat Stemra in 2022 investeerde in realisatie van de strategie, wat in de voorgaande jaren vanwege Covid-19 was uitgesteld.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. De gestelde norm is 15%. In 2022 wordt aan deze norm voldaan.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. De gestelde norm is 15%. In 2022 wordt aan deze norm voldaan.
De CPI-mutatie in 2022 was 10,0%. De kostenontwikkeling bij Buma overstijgt dit percentage; in 2022 wordt daarom niet aan deze norm voldaan. Dit wordt verklaard doordat Buma in 2022 investeerde in realisatie van de strategie, wat in de voorgaande jaren vanwege Covid-19 was uitgesteld.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. De gestelde norm is 15%. In 2022 wordt aan deze norm voldaan.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. De gestelde norm is 15%. In 2022 wordt aan deze norm voldaan.
De baten zijn in 2022 met € 6,8 mln gedaald. Dit wordt veroorzaakt door een eenmalige bate in 2021 (€ 7,1 mln) als gevolg van de overgang van het realiseren van de kosteninhouding van het moment van uitkeren naar het moment van incasseren.
De financiële baten en lasten in 2022 betreffen voornamelijk het netto beleggingsresultaat (€ -26,7 mln). Zowel het rendement op de beleggingen in aandelen (-19,1%) als het rendement op de beleggingen op vastrentende waarden (-13,8%) was negatief. Het negatieve beleggingsresultaat over 2022 is in lijn met de algehele ontwikkeling op de beleggingsmarkten, die door onder andere de oorlog in Oekraïne en de gestegen rentepercentages een slecht jaar kenden.
Het negatieve beleggingsresultaat is opgevangen in de voorziening voor tijdelijke verschillen kostendekking.
De beheerskosten zijn ten opzichte van 2018 met 16,0% gedaald tot € 21,8 miljoen. De belangrijkste redenen voor de daling waren kostenbeheersingsmaatregelen en het uitblijven van incidentele kosten die we in voorgaande jaren moesten maken. Daarnaast zijn minder kosten aan Buma toegerekend door de gewijzigde verdeelsleutel van de kosten tussen Buma en Stemra. De gezamenlijke kosten daalden in 2019 met 10% oftewel € 3,1 miljoen.
De baten zijn in 2022 met € 1,1 mln gestegen. Dit wordt veroorzaakt door hogere administratievergoedingen op incasso (€ + 6,4 mln) vanwege de hogere rechtenopbrengsten in 2022. De stijging van de totale baten bij Buma is lager doordat in 2021 een eenmalige bate (€ 7,1 mln) is verantwoord als gevolg van de overgang van het realiseren van de kosteninhouding van het moment van uitkeren naar het moment van incasseren.
Net als in 2021 zijn de rechtenopbrengsten uit het buitenland in 2022 vrijwel gelijk gebleven aan voorgaand jaar.
Bij de categorie Thuiskopie / Leenrecht werd in 2022 € 0,1 mln meer geïncasseerd ten opzichte van vorig jaar.
De groei in opbrengsten uit online muziekgebruik heeft ook in 2022 doorgezet. Net als in voorgaande jaren heeft Online in 2022 het grootste aandeel in Stemra’s incasso (37%), terwijl dit in 2009 nog het kleinste aandeel had (3%). In 2022 steeg Stemra’s incasso uit online muziekgebruik met € 2,8 mln, oftewel 20,0%.
De rechtenopbrengsten uit de categorie Radio & TV zijn € 0,5 mln toegenomen ten opzichte van 2021. Dit komt vooral door de groeiende inkomsten van commerciële tv-zenders, wat voor Stemra een groter aandeel in rechteninkomsten oplevert.
De daling in de rechtenopbrengsten uit Producties In Eigen Beheer (PIEB) en Special Licensing is conform de dalende trend van de afgelopen jaren.
De rechtenopbrengsten uit BIEM-contracten voor mechanische geluidsdragers, een traditioneel Stemra marktsegment, stegen ten opzichte van 2021 met € 1,2 mln. Dit werd met name veroorzaakt door verbeterde marktomstandigheden bij vinyl.
De rechtenopbrengsten uit het buitenland zijn in 2022 met € 5,3 mln gestegen ten opzichte van 2021. Het herstel dat bij Buma bij verschillende marktsegmenten zichtbaar was, is ook te zien bij de zusterorganisaties.
De rechtenopbrengsten bij het marktsegment Online namen verder toe naar € 42,8 mln in 2022. Dit is een stijging van 19% ten opzichte van 2021 en meer dan een verdubbeling ten opzichte van 2019, zowel voor Video on Demand als streaming en downloads. Vanwege het herstel bij andere marktsegmenten (met name bij Podia) daalde het aandeel van Online ten opzichte van de totale incasso van Buma van 22% in 2021 naar 20% in 2022.
Het marktsegment Horeca werd het hardst geraakt door de Covid-19 maatregelen en kende in 2022 een stijging van de rechtenopbrengsten met € 5,6 mln naar € 13,4 mln. Dit is nog wel € 1,8 mln lager dan in 2019. De verwachting is dat de rechtenopbrengsten in 2023 wel weer boven het niveau van 2019 uit zullen komen.
Net als bij Podia was ook bij de categorie Werk- & verkoopruimten een herstel te zien in 2022. Ten opzichte van 2021 zijn de rechtenopbrengsten voor deze categorie opbrengsten met € 5,2 mln gestegen naar € 33,2 mln. Dit is € 2,5 mln hoger dan in 2019.
De evenementenmarkt heeft in 2022 een sneller herstel laten zien dan verwacht. De inkomsten uit het marktsegment Podia zijn in 2022 uitgekomen op € 35,7 mln. Dit is een kleine stijging (€ +0,5 mln) ten opzichte van 2019 (het laatste jaar zonder Covid-19-impact) en een grote stijging ten opzichte van vorig jaar (€ +29,3 mln), toen de evenementenmarkt nog last had van een groot aantal geannuleerde en uitgestelde optredens en evenementen. Het aantal gelicenseerde optredens en evenementen steeg van 17.600 in 2021 tot 55.000 in 2022. Het aandeel van deze markt in Buma’s totale incasso steeg van 4% in 2021 naar 16% in 2022.
Het marktsegment Radio, TV en Aanbieders kende een groei van € 2,0 mln naar € 74,7 mln. Deze markt was in 2021 reeds hersteld van de Covid-19 impact en blijft met 34% in 2022 het marktsegment met het grootste aandeel in de totale incasso van Buma.