In dit halfjaarbericht geven wij een toelichting op de actuele ontwikkelingen in 2024 en de verwachtingen voor de komende periode.
Na de recordincasso van muziekgebruik van € 282,8 miljoen in 2023 wordt het eerste halfjaar van 2024 gekenmerkt door verdere groei van de rechtenopbrengsten. De incasso van € 172,0 miljoen is € 14,7 miljoen hoger dan over de vergelijkbare periode in 2023. Naar verwachting stijgen de totale rechtenopbrengsten in 2024 naar een recordhoogte van € 300,0 miljoen en overtreffen we daarmee de begrote incasso met ruim € 8 miljoen.
De repartitie is halverwege het jaar nog € 4,0 miljoen lager dan begroot, maar over heel 2024 verwachten we € 5,3 miljoen meer uit te keren dan vooraf ingeschat. Deze overschrijding van het budget wordt voornamelijk verklaard door hogere incasso en structurele versnelling van de repartitie. De overgang naar Salt Royalties, het nieuwe IT-systeem, helpt BumaStemra om sneller een zo hoog mogelijke vergoeding uit te keren aan onze rechthebbenden voor het gebruik van hun muziek. Dat zorgde dit jaar voor structurele versnelling van betalingen van Online en buitenlandgelden.
De beheerskosten in het eerste halfjaar van 2024 bedragen € 20,6 miljoen. Dit is meer dan het eerste halfjaar 2023, met name door indexatie van contracten, vernieuwing van IT en groei in bezetting om de organisatie te versterken. De beheerskosten over het eerste halfjaar blijven € 2,3 miljoen onder dat wat we hadden begroot. Dit wordt met name verklaard door het besluit om een ontwikkelde copyright database terug te verkopen aan de ontwikkelaar en als SaaS (Software as a Service) oplossing te gaan gebruiken. Ook een lagere interne bezetting als gevolg van de moeilijke arbeidsmarkt zorgt voor lagere kosten dan eerder ingeschat. We verwachten over heel 2024 niet meer uit te geven dan begroot.
De beleggingsopbrengsten over de eerste zes maanden van € 6,0 miljoen zijn vergelijkbaar met vorig jaar en hoger dan begroot.
Al met al ziet het er voor 2024 dus gunstig uit. Hieronder gaan we dieper in op de resultaten en de ontwikkelingen die wij zien.
Rechtenopbrengsten
De gerealiseerde incasso in het eerste halfjaar 2024 bedraagt € 172,0 miljoen. Dit is € 7,6 miljoen hoger dan begroot. De belangrijkste oorzaken voor de hogere incasso worden hieronder per markt uiteengezet. De incasso wordt bovendien gesteund door recent afgeronde contractonderhandelingen die met terugwerkende kracht (2023) zijn afgerond.
Voor de markt Online zijn nieuw afgesloten en verbeterde contracten de belangrijkste oorzaak voor de hogere rechtenopbrengsten. Halverwege 2024 is € 5,9 miljoen meer geïncasseerd dan begroot. Omdat een deel hiervan bestaat uit eerder gefactureerd gebruik dan aanvankelijk gebudgetteerd verwachten we over heel 2024 € 4,6 miljoen boven begroting te eindigen.
De opbrengsten voor de markt International zijn € 3,1 miljoen hoger dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door nagekomen ontvangsten over 2023 uit het buitenland. Hierdoor is ook de Latest Estimate voor 2024 naar boven bijgesteld, deze is nu € 3,5 miljoen hoger dan begroot.
De markt Zakelijk Mechanisch Horeca kent meer inkomsten uit commercials tijdens de sportzomer, wat de belangrijkste oorzaak is voor de € 1,9 miljoen hogere incasso dan begroot. Naar verwachting loopt deze hogere realisatie ten opzichte van het budget in het tweede halfjaar nog verder op naar € 4,0 miljoen.
De markten Events (- € 2,1 miljoen) en RTV (- € 1,2 miljoen) hebben halverwege 2024 minder geïncasseerd dan begroot. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door minder tours door grote artiesten en minder reclame-inkomsten bij commerciële aanbieders. De verwachting is dat deze achterstand ten opzichte van het budget in het tweede halfjaar niet meer wordt ingelopen.
Bovenstaande effecten leiden tot een verwachte incasso over 2024 van € 300,0 miljoen, wat een stijging van € 17,2 miljoen (+ 6%) ten opzichte van 2023 zou betekenen.
Repartitie
De repartitie in het eerste halfjaar van 2024 was € 4,1 miljoen lager dan begroot, wat wordt veroorzaakt door aanpassingen in de planning. Deze tijdelijke verschillen verwachten we in het tweede halfjaar van 2024 in te lopen.
In onze Latest Estimate komt de verwachte repartitie over 2024 uit op € 243,0 miljoen. Dit is € 3,3 miljoen hoger dan de uitbetalingen in 2023 aan aangesloten rechthebbenden en organisaties. Door de overgang naar Salt Royalties zijn uitbetalingen van online en buitenlandgelden structureel versneld. De komende tijd wordt hard gewerkt aan verdere overgang naar Salt Royalties.
Beheerskosten en beleggingsresultaat
De beheerskosten zijn het eerste halfjaar van 2024 € 2,3 miljoen lager dan begroot. Een van de redenen is het besluit om een ontwikkelde copyright database terug te verkopen aan de ontwikkelaar en als SaaS (Software as a Service) oplossing te gaan gebruiken in plaats van enkel als verzekeringspremie te ontwikkelen. Daarnaast zijn personeelskosten lager dan begroot door een lagere interne bezetting dan vooraf ingeschat. Als onderdeel van het versterken van onze organisatie is een uitbreiding van onze interne formatie begroot; ten opzichte van juni 2023 is de formatie al met 9,4 FTE gegroeid. Het blijft echter moeilijk om alle openstaande vacatures in te vullen. Over het eerste halfjaar van 2024 waren gemiddeld 12,1 FTE minder werkzaam dan begroot.
De verwachting is dat slechts een deel van de onderschrijding van de personeelskosten in het tweede halfjaar van 2024 zal worden ingelopen en dat de lagere ontwikkelkosten voor een copyright systeem lager dan begroot zullen blijven. Hierdoor zijn de totale beheerskosten voor 2024 naar verwachting € 1,0 miljoen lager dan begroot, wat neerkomt op € 42,5 miljoen.
Het beleggingsresultaat over het eerste halfjaar van 2024 bedraagt € 5,9 miljoen positief. Dit is € 3,7 miljoen boven het begrote normatief rendement. Resultaten boven en onder het begrote rendement worden conform het – door de ALV goedgekeurde – beleid opgevangen binnen de voorziening tijdelijke verschillen kostendekking.
Herijking Strategie
Vanaf eind 2023 wordt gewerkt aan een herijking van de strategie van BumaStemra. In februari 2024 zijn de eerste resultaten daarvan gedeeld en bediscussieerd met de Raad van Toezicht.
De herijking van de strategie is een intensief traject dat ons veel verdiepende inzichten geeft in de snel veranderde wereld, waarin we als BumaStemra opereren en dat ons verder zal helpen in het richting geven aan de organisatie in de komende jaren. Belangrijke factoren hierbij zijn wendbaarheid, ondernemerschap, differentiatie en innovatie.
De belangrijkste pijlers van onze strategie voor de komende jaren zijn versterking van de service aan de leden, gerichte groei en het behoud van onze schaalgrootte. Verder zien we nieuwe mogelijkheden in bijvoorbeeld samenwerking met ander CBO’s.
Het streven is erop gericht om het najaar tot afronding van dit traject te komen.
Pyramid
Aan het project Pyramid (vervanging complete IT-backbone door een grotendeels op maat gemaakte nieuwe omgeving) is ook in het eerste halfjaar van 2024 hard doorgewerkt en is inmiddels naast de business lines Online en International ook RTV in gebruik genomen. Het is een belangrijke pijler om onze strategische doelen te realiseren. In april van dit jaar heeft een herijking van de planning en de bijbehorende programmabegroting plaatsgevonden. In de nieuwe planning loopt het programma 12 maanden langer door, waardoor het programma medio 2026 wordt afgerond.
Het programma Pyramid kende bij de herijking in april 2024 nieuwe verwachtingen ten aanzien van planning en benodigd budget. Naast het feit dat de complexiteit bij de initiële begroting lager is ingeschat en de scope is uitgebreid, zijn er externe factoren die een rol spelen bij deze herijking, zoals het kunnen verwerken van door buitenlandse zusters ingehouden bronbelasting. Ook worden direct een aantal noodzakelijke optimalisaties en automatisering van handmatige handelingen meegenomen in de planning, die eerder waren voorzien voor de fase ná oplevering van het IT-systeem. Met deze wijzigingen bouwen wij een duurzaam platform dat toekomstbestendig is.
Deze ontwikkelingen zorgden voor een verhoging van de investering met € 1,8 miljoen tot € 20,4 miljoen.
Copyright database
In het voorjaar van 2023 heeft BumaStemra besloten de copyright database PXB te laten ontwikkelen door Stage als mogelijk alternatief voor de copyright database van ICE, nadat ICE het lopende contract met BumaStemra opzegde.
BumaStemra deed dat vanuit de gedachte dat een copyright database zo fundamenteel is voor de business continuïteit, dat er een alternatief zou moeten zijn voor ICE en het nieuwe product ICE Cube. Bij het geven van de opdracht aan Stage werd uitgegaan van de gedachte dat ICE nog zeker twee jaar gebruikt zou worden en dat PXB meer een lange termijn oplossing zou moeten bieden. PXB werd toen vooral gezien als een verzekeringspremie.
De afgelopen maanden is gebleken dat een aantal uitgangspunten van het besluit van oktober 2023 was achterhaald, waarna de Raad van Bestuur dit voorjaar tot de slotsom is gekomen dat business continuïteit en de realisatie van onze strategie betekenen, dat het in 2023 gekozen scenario niet langer het juiste scenario voor BumaStemra is. Er is daarom gekozen voor het scenario om PXB tot een eindproduct door te ontwikkelen en in gebruik te nemen als SaaS oplossing (dus na terugverkoop van het IP aan de ontwikkelaar) en de relatie met ICE – noodzakelijkerwijs – te beëindigen.
Wij zijn ons er zeer bewust van dat BumaStemra met de keuze voor PXB (inmiddels Salt Rights geheten) vooroploopt en een eigen weg kiest. Het is een verandering die onzekerheden oproept, maar die ook kracht en innovatief vermogen uitstraalt.
Dit najaar heeft de datatransitie van ICE naar Salt Rights plaats, waarna Salt Right per 1 januari 2025 in gebruik kan worden genomen.
Vooruitzicht
We verwachten in de tweede helft van het jaar de stijgende trend in rechtenopbrengsten door te zetten en zo de recordopbrengst van 2023 verder te verbeteren. Door de verdere ontwikkeling van ons IT-platform, de herijking van de strategie en de verdere professionalisering van de organisatie bouwen we vol vertrouwen verder aan de toekomst van BumaStemra.
Hoofddorp, augustus 2024
Marcel Gelauff, CEO a.i.
Marleen Kloppers, CFO
* de halfjaarcijfers zijn niet gecontroleerd door een accountant
Einde Bericht
De mutaties van deze voorziening in 2023 betreffen een uitkering van € 1,7 miljoen en het positieve saldo kostendekking voor 2023: € 0,6 miljoen. De uitkering van € 1,7 miljoen betrof het verschil tussen de stand van de voorziening per 31 december 2022 (€ 5,7 miljoen) en de voor 31 december 2022 vastgestelde bovengrens van de voorziening (€ 4,0 miljoen). De AVA heeft op 17 mei 2023 ingestemd met het uitkeren van dit bedrag. Het dekkingsoverschot wordt voornamelijk veroorzaakt doordat de ingehouden administratievergoedingen € 0,6 miljoen hoger waren dan begroot vanwege de hogere rechtenopbrengsten. De beheerskosten waren € 0,5 miljoen lager dan begroot, de overige en de financiële baten waren gezamenlijk € 0,1 miljoen lager dan begroot. Doordat in de begroting voor 2023 was uitgegaan van een dekkingstekort van € 0,6 miljoen komt het totale dekkingsoverschot uit op € 0,6 miljoen. De voorziening eindigt hiermee € 1,6 miljoen boven de bovengrens die voor eind 2023 is bepaald.
De mutatie van deze voorziening in 2023 betreft het positieve saldo kostendekking voor 2023: € 17,0 miljoen. Dit overschot wordt voornamelijk veroorzaakt door het positieve beleggingsresultaat, wat € 11,5 miljoen hoger was dan begroot. Hiernaast waren door hogere rechtenopbrengsten de ingehouden administratievergoedingen € 1,4 miljoen hoger dan begroot. De beheerskosten waren € 1,8 miljoen lager dan begroot en overige (financiële) baten waren gezamenlijk € 0,3 miljoen hoger dan begroot. Doordat in de begroting voor 2023 al was uitgegaan van een dekkingsoverschot van € 1,9 miljoen komt het totale dekkingsoverschot uit op € 17,0 miljoen; de voorziening eindigt hiermee tussen de boven- en de ondergrens die voor eind 2023 is bepaald.
De mutaties van deze voorziening in 2022 betreffen een uitkering van € 9,3 mln en het positieve saldo kostendekking voor 2022: € 0,7 mln. De uitkering van € 9,3 mln betrof het verschil tussen de stand van de voorziening per 31 december 2021 (€ 14,3 mln) en de vastgestelde bovengrens van de voorziening (€ 5,0 mln). De AVA heeft op 25 mei 2022 ingestemd met het uitkeren van dit bedrag.
Het dekkingsoverschot wordt voornamelijk veroorzaakt doordat de ingehouden administratievergoedingen € 1,0 mln hoger waren dan begroot vanwege de hogere rechtenopbrengsten. De beheerskosten waren € 0,3 mln lager dan begroot, de overige en de financiële baten waren gezamenlijk € 0,4 mln hoger dan begroot. Doordat in de begroting voor 2022 was uitgegaan van een dekkingstekort van € 1,0 mln komt het totale dekkingsoverschot uit op € 0,7 mln.
De mutatie van deze voorziening in 2022 betreft het negatieve saldo kostendekking voor 2022: € 24,6 mln. Dit tekort wordt voornamelijk veroorzaakt door het negatieve beleggingsresultaat, wat € 29,0 mln lager was dan begroot. Hier staat tegenover dat door hogere rechtenopbrengsten de ingehouden administratievergoedingen € 3,6 mln hoger waren dan begroot. De beheerskosten waren € 1,5 mln lager dan begroot. Doordat in de begroting voor 2022 al was uitgegaan van een dekkingstekort van € 0,8 mln komt het totale dekkingstekort uit op € 24,6 mln.
Stemra houdt haar liquide middelen aan op verschillende vrij opneembare (deposito) rekeningen. De rente op de liquide middelen in 2023 en daarmee de financiële baten en lasten zijn per saldo nihil.
Deze norm richt zich op de ontwikkeling van het beheerskostenniveau. De norm stelt dat de kosten niet meer mogen toenemen dan de consumentenprijsindex in het jaar waar het jaarverslag betrekking op heeft. De begrote kostenstijging in 2023 bedraagt 20,1%. De feitelijke CPI-stijging over 2023 is begin 2024 bekend.
De begrote kostenstijging in 2023 is berekend in relatie tot de werkelijke kosten 2022, welke lager uitvallen dan begroot. De hogere beheerkosten in 2023 worden veroorzaakt door verbeter- en veranderinitiatieven, inclusief de vervanging van het IT-systeem. Omdat door Covid-19 en krapte op de arbeidsmarkt de start beperkt is geweest, is ook de verwachte groei in kosten om dit mogelijk te maken beperkt gebleven in voorgaande jaren. In de begroting voor 2023 wordt een inhaalslag verwacht.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. In de begroting 2023 komt dit voor Buma/Stemra gezamenlijk uit op een kostenratio van 14,6%. Dit is ondanks de stijgende beheerskosten lager dan in de begroting voor 2022 (14,8%), wat wordt veroorzaakt door de hogere rechtenopbrengsten in 2023. De verwachting is dat de verdere professionalisering van de organisatie leidt tot hogere incassostromen vanaf 2024. Dit zal vervolgens ook tot effect hebben dat het kostenpercentage ten opzichte van de rechtenopbrengsten verder af zal nemen.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. In de begroting 2023 komt dit voor Buma/Stemra gezamenlijk uit op een kostenratio van 18,2%. Dit is hoger dan voorgaande jaren, wat wordt veroorzaakt door de hogere begrote beheerskosten in 2023 vanwege verdere professionalisering van de organisatie. De verwachting is dat dit leidt tot hogere incassostromen vanaf 2024. Dit zal vervolgens ook tot effect hebben dat de repartitie in de toekomst verder stijgt, waardoor het kostenpercentage ten opzichte van de repartitie naar verwachting vanaf 2025 zal afnemen. Buma/Stemra hanteert overigens de kostennorm t.o.v. de incasso en niet de kostennorm t.o.v. de repartitie omdat bij laatstgenoemde de mogelijkheid bestaat om te sturen.
De voorziening tijdelijke verschillen kostendekking bevat de eind 2020 aanwezige € 6,6 mln bestemmingsreserve plus het batig saldo kostendekking over 2021 van € 7,7 mln.
Dit saldo kostendekking bevat een eenmalige bate van € 7,1 mln als gevolg van het gewijzigde Repartitiereglement inzake inhouding van administratievergoedingen. Daarnaast zijn de beheerskosten lager dan begroot.
De voorziening tijdelijke verschillen kostendekking bevat de eind 2020 aanwezige € 33,8 mln bestemmingsreserve plus het batig saldo kostendekking over 2021 van € 10,7 mln.
Dit saldo kostendekking bevat € 4,1 mln verschil tussen het gerealiseerde beleggingsresultaat (€ 6,9 mln) en het normatief beleggingsresultaat waarmee de beheerskosten deels gedekt worden (€ 2,8 mln). Daarnaast is een eenmalige bate gerealiseerd van € 5,4 mln als gevolg van het gewijzigde Repartitiereglement inzake inhouding van administratievergoedingen, en zijn de beheerskosten lager dan begroot.
De norm richt zich op de ontwikkeling van het beheerskostenniveau. De norm stelt dat de kosten niet meer mogen toenemen dan de consumentenprijsindex in het jaar waar het jaarverslag betrekking op heeft.
De begrote kostenstijging in 2022 zal mogelijk hoger uitvallen dan de CPI-jaarmutatie. Dit wordt veroorzaakt door een inhaalslag van in voorgaande jaren uitgestelde verbeter- en veranderinitiatieven, inclusief de vervanging van het IT-systeem. De feitelijke CPI-mutatie 2022 is pas begin 2023 bekend.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. De gestelde norm is 15%.
In de begroting 2022 voldoet Buma/Stemra gezamenlijk met een kostenratio van 15,8% niet aan deze norm. Dit komt vooral door de Covid-19 impact op Buma’s voor distributie beschikbare gelden én de incidenteel hoge kosten voor de vervanging van het verouderde IT-systeem. Zodra deze effecten zich normaliseren en de resultaten van de implementatie van de strategie zichtbaar worden, zal deze kostenratio naar verwachting dalen. Stemra zal naar verwachting wel in 2022 aan deze norm voldoen.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. De gestelde norm is 15%.
In de begroting 2022 voldoet Buma/Stemra gezamenlijk met een kostenratio van 14,8% aan deze norm. Op basis van de voorlopige kostenverdeling zal Stemra naar verwachting uitkomen op een kostenratio van 15,9%.
Een daling wordt verwacht zodra de incidenteel hoge kosten voor de vervanging van het verouderde IT-systeem zich normaliseren en de resultaten van de implementatie van de strategie zichtbaar worden.
Het tekort uit gewone bedrijfsuitoefening over 2020 is onttrokken aan de bestemmingsreserve. De buitengewone last inzake de storting in het Noodfonds Muziek is onttrokken aan de continuïteitsreserve. Deze resultaatbestemming is verwerkt in de jaarrekening.
Het verschil tussen het gerealiseerde beleggingsresultaat (€ 8,7 mln) en het normatief beleggingsresultaat waarmee de beheerskosten deels gedekt worden (€ 2,0 miljoen), zijnde € 6,7 mln, is toegevoegd aan de bestemmingsreserve. Deze resultaatbestemming is verwerkt in de jaarrekening.
De norm richt zich op de ontwikkeling van het beheerskostenniveau. De norm stelt dat de kosten niet meer mogen toenemen dan de consumentenprijsindex in het jaar waar het jaarverslag betrekking op heeft.
De begrote kostenstijging in 2021 zal hoger uitvallen dan de CPI-jaarmutatie. Dit wordt veroorzaakt door een inhaalslag van in voorgaande jaren uitgestelde verbeter- en veranderinitiatieven, inclusief de vervanging van het IT-systeem. De feitelijke CPI-mutatie 2021 is pas begin 2022 bekend.
Over de reeks van meerdere jaren, sinds de invoering van de norm, blijft de ontwikkeling van de beheerskosten binnen de ontwikkeling in de CPI.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. De gestelde norm is 15%.
In de begroting 2021 wordt aan deze norm niet voldaan. Dit komt vooral door Buma’s dalende repartitie in 2021, volgend uit de lagere incasso. Stemra zal naar verwachting wel aan deze norm voldoen; daar stijgt de repartitie naar verwachting, vooral door de inhaalslag op oudere Thuiskopie gelden.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. De gestelde norm is 15%.
In de begroting 2021 wordt aan deze norm niet voldaan, met name door de terugval in incasso van rechtenopbrengsten als gevolg van de coronamaatregelen. Daarnaast stijgen de begrote beheerskosten, vooral in verband met de noodzakelijke vervanging van het verouderde IT-systeem. Zonder corona-impact zou het kostenpercentage onder de norm van 15,0% uitgekomen.
Hoofdkantoor
Saturnusstraat 46-62
2132 hb hoofddorp
T: 023 – 799 79 99
E: info@bumastemra.nl
bumastemra.nl
Hoofdredactie
vereniging buma
Realisatie
Merkelijkheid
De beheerskosten van Stemra zijn in 2023 met € 0,6 mln gestegen naar € 5,9 mln. Dit is € 0,5 mln onder de begroting voor 2022. De verdeelsleutel van 83/17 (BumaStemra) is ongewijzigd gebleven ten opzichte van voorgaande jaren. De beheerskosten van Stemra zijn met name gestegen doordat de doorbelaste personeelskosten van Buma stegen, om verdere uitvoering te geven aan de realisatie van de strategie. Hiernaast was een stijging in overige kosten te zien. Dit ziet met name toe op IT-gerelateerde projectkosten en hogere kosten voor beheer, onderhoud en licenties van de IT-omgeving. Hier staan lagere kosten voor outsourcing tegenover, omdat de verwerking van online muziekgebruik nu in eigen huis wordt gedaan.
Stemra’s beheerskosten in 2023 bestaan uit personeelskosten (€ 3,0 mln), algemene kosten (€ 2,7 mln) en huisvestingskosten (€ 0,2 mln).
De beheerskosten van Buma zijn in 2023 met € 3,6 mln gestegen naar € 29,5 mln. Dit was € 1,8 mln onder de begroting voor 2023. De verdeelsleutel van 83/17 (BumaStemra) is ongewijzigd gebleven ten opzichte van voorgaande jaren. De aan Buma toegerekende personeelskosten stegen met € 2,6 mln, de overige algemene kosten daalden met € 0,1 mln. De afschrijvingskosten stegen met € 1,0 mln en de huisvestingskosten met € 0,1 mln.
Buma’s beheerskosten in 2023 bestaan uit personeelskosten (€ 14,5 mln), algemene kosten (€ 11,7 mln), afschrijvingskosten (€ 2,5 mln) en huisvestingskosten (€ 0,8 mln).
Het overschot van de exploitatierekening over 2019 is toegevoegd aan de bestemmingsreserve. Deze resultaatbestemming is verwerkt in de jaarrekening.
Het verschil tussen het gerealiseerde beleggingsresultaat (€ 15,9 miljoen) en het normatief beleggingsresultaat waarmee de beheerskosten deels gedekt worden (€ 2,2 miljoen), zijnde € 13,7 miljoen, is toegevoegd aan de bestemmingsreserve. Deze resultaatbestemming is verwerkt in de jaarrekening.
In 2018 bedroegen de beleggingsresultaten € -7,4 miljoen. Ter dekking van operationele kosten is een normatief rendement van € 2,8 miljoen gehanteerd. Het verschil tussen deze verklaart de mutatie van bestemmingsreserve (€ -10,2 miljoen).
De norm richt zich op de ontwikkeling van het beheerskostenniveau. De norm stelt dat de kosten niet meer mogen toenemen dan de consumentenprijsindex in het jaar waar het jaarverslag betrekking op heeft.
Mogelijk valt de kostenstijging 2020 door verbeter- en veranderinitiatieven hoger uit dan de CPI-mutatie in dat jaar. Dit kan pas worden vastgesteld – en zonodig worden toegelicht – wanneer de feitelijke CPI-mutatie begin 2021 bekend is.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. De gestelde norm is 15%. In het budget voor 2020 wordt aan deze norm voldaan.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. De gestelde norm is 15%. In budget 2020 wordt aan deze norm voldaan.
De beheerskosten van Stemra zijn met 10,8% (€ 0,6 miljoen) gestegen ten opzichte van 2022. Over dezelfde periode is de consumentenprijsindex met 3,8% gestegen, waarmee de kostenstijging in 2023 hoger is dan de CPI-jaarmutatie. Dit wordt verklaard doordat Stemra in 2023 een inhaalslag heeft gemaakt met in voorgaande jaren uitgestelde verbeter- en veranderinitiatieven, inclusief de vervanging van de IT-omgeving. Hoewel deze ratio niet meer als norm wordt gehanteerd, vinden we het goed om hierover in deze rapportage transparant te zijn.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. De gestelde norm is 15%. In 2022 wordt aan deze norm voldaan.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. De gestelde norm is 15%. In 2023 wordt aan deze norm voldaan.
De beheerskosten van Buma zijn met 13,9% (€ 3,6 miljoen) gestegen ten opzichte van 2022. Over dezelfde periode is de consumentenprijsindex met 3,8% gestegen, waarmee de kostenstijging in 2023 hoger is dan de CPI-jaarmutatie. Dit wordt verklaard doordat Buma in 2023 een inhaalslag heeft gemaakt met in voorgaande jaren uitgestelde verbeter- en veranderinitiatieven, inclusief de vervanging van de IT- omgeving. Hoewel deze ratio niet meer als norm wordt gehanteerd, vinden we het goed om hierover transparant te zijn.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de repartitie. De gestelde norm is 15%. In 2022 wordt aan deze norm voldaan.
Hier worden de beheerskosten gerelateerd aan de rechtenopbrengsten. De gestelde norm is 15%. In 2023 wordt aan deze norm voldaan.
De baten zijn in 2023 met € 0,3 mln gestegen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door hogere administratievergoedingen op incasso (€ + 0,2 mln) vanwege de hogere rechtenopbrengsten in 2023.
De financiële baten en lasten in 2023 betreffen voornamelijk het netto beleggingsresultaat (€ 14,6 miljoen). Zowel het rendement op de beleggingen in aandelen (21,4%) als het rendement op de beleggingen op vastrentende waarden (6,4%) was positief. Het positieve beleggingsresultaat over 2023 is in lijn met de algehele ontwikkeling op de beleggingsmarkten.
De beheerskosten zijn ten opzichte van 2018 met 16,0% gedaald tot € 21,8 miljoen. De belangrijkste redenen voor de daling waren kostenbeheersingsmaatregelen en het uitblijven van incidentele kosten die we in voorgaande jaren moesten maken. Daarnaast zijn minder kosten aan Buma toegerekend door de gewijzigde verdeelsleutel van de kosten tussen Buma en Stemra. De gezamenlijke kosten daalden in 2019 met 10% oftewel € 3,1 miljoen.
De baten zijn in 2023 met € 3,6 mln gestegen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door hogere administratievergoedingen op incasso (€ + 3,3 mln) vanwege de hogere rechtenopbrengsten in 2023.
Net als in 2022 zijn de rechtenopbrengsten uit het buitenland in 2023 vrijwel gelijk gebleven aan voorgaand jaar.
Bij de categorie Thuiskopie / Leenrecht werd in 2023 € 1,3 mln meer geïncasseerd ten opzichte van vorig jaar. Dit werd met name veroorzaakt door verbeterde marktomstandigheden.
De groei in opbrengsten uit Online muziekgebruik heeft ook in 2023 doorgezet. Net als in voorgaande jaren heeft Online in 2023 het grootste aandeel in Stemra’s incasso (39%), terwijl dit in 2009 nog het kleinste aandeel had (3%). In 2023 steeg Stemra’s incasso uit Online muziekgebruik met € 2,0 mln, oftewel 12%.
De rechtenopbrengsten uit de categorie Radio & TV zijn met € 7,2 mln in lijn met de opbrengsten uit 2022.
De daling in de rechtenopbrengsten uit Producties In Eigen Beheer (PIEB) en Special Licensing met € 0,6 mln is conform de dalende trend van de afgelopen jaren.
De rechtenopbrengsten uit BIEM-contracten voor mechanische geluidsdragers, een traditioneel Stemra marktsegment, stegen ten opzichte van 2022 met € 0,2 mln. Dit werd met name veroorzaakt door verbeterde marktomstandigheden.
De rechtenopbrengsten uit het buitenland zijn in 2023 met € 1,5 mln gedaald ten opzichte van 2022.
De rechtenopbrengsten bij het marktsegment Online namen af naar € 39,9 miljoen in 2023. Dit wordt veroorzaakt door een beperkt aantal grote contracten waarvan de heronderhandelingen nog lopen. Vanwege voorgaande daalde het aandeel van Online ten opzichte van de totale incasso van Buma van 20% in 2022 naar 17% in 2023.
Het marktsegment Horeca werd het hardst geraakt door de Covid-19-maatregelen en kwam in 2023 (€ 15,9 mln) voor het eerst weer boven het niveau van de rechtenopbrengsten van 2019 (€ 15,2 mln) uit.
De opbrengsten bij Werk- en Verkoopruimten toonden in 2022 reeds volledig herstel en zijn in 2023 verder gestegen met € 5,3 mln naar € 38,5 mln.
De inkomsten uit het marktsegment Podia zijn in 2023 uitgekomen op € 47,3 mln. Dit is een grote stijging ten opzichte van vorig jaar (€ +11,6 mln). Dit wordt grotendeels veroorzaakt door hogere ticketprijzen en een stijging van het aantal gelicenseerde optredens en evenementen, dat aantal nam toe van 55.000 in 2022 naar 73.000 in 2023. Het aandeel van deze markt in Buma’s totale incasso steeg van 16% in 2022 naar 20% in 2023.
Het marktsegment Radio, TV en Aanbieders kende een groei van € 1,7 mln naar € 76,4 mln. Deze markt blijft met 32% in 2023 het marktsegment met het grootste aandeel in de totale incasso van Buma.